Mensen hebben eigen belangen en hun eigen vragen ten aanzien van verandering en ontwikkeling. ‘Laat mij lekker in mijn routine’, zegt de één. De andere roept: ‘dit heb ik na een jaar wel gehad!. Heb je een nieuwe uitdagende klus voor me?’. Als medewerkers de noodzaak van verandering kennen (veranderbewustzijn), is dat nog geen garantie dat zij daadwerkelijk in beweging zullen komen. Daar is meer voor nodig! Om de wil tot ontwikkelen bij medewerkers aan te boren, moeten zij weten ‘what’s in it for me’ (veranderbereidheid).
Maar ja, het is prachtig als iemand zich verbindt aan de nieuwe koers en nieuwe functie en zegt, ‘ik ga ervoor…’. Maar niets is pijnlijker als hij het op kracht moet doen en voortdurend struikelt over zijn eigen onmogelijkheden (verandervermogen). Als je dan eenmaal al je moed hebt verzameld, je angst, boosheid, wantrouwen en twijfel overwonnen, dan kun je je mooie woorden in daden omzetten (veranderkracht). ‘Ik doe mee, op talent, maar niet op karakter!’.
Besef dus als medewerker en leider voortdurend: veranderen en ontwikkelen staat of valt met het succesvol door de fases ‘weten, willen, kunnen en durven’ gaan. Weerstand geeft warmte, en warmte geeft verbinding en betrokkenheid. Als je aan deze uitkomst geen leiding wil geven…?
Geef een reactie